In de 15de eeuw werden er massaal heksen en tovenaars vervolgt deze werden levend verbrand of verdronken. Heksen, tovenaars en weerwolven hadden een pact met de duivel gesloten. De christelijke gemeenschap moest gezuiverd worden dit werk werd overgelaten aan de kerkelijke inquisiteurs. De heksen behoorden tot de groep van de zondebokken. Zij kregen de verantwoordelijkheid over natuurrampen, handicaps, ziekten bij pasgeboren kinderen. De inquisiteurs haten vrouwen en ze baseerden zich op het boek de heksenhamer. De katholieke maatschappij bestempelde de vrouw als een ontrouw en bedrieglijk wezen. De vrouw was minderwaardig. Vaak werden alleenstaande vrouwen, arm, lelijk en oud tussen de 50 en de 70 jaar bestempeld als heks. De meeste heksen waren vroedvrouwen omdat ze erg dicht bij het wonder van de geboorte stonden. Als er bij de bevalling complicaties optreden werden zei betucht als heks. Als een kind met een handicap op de wereld kwam werd dit kind bekeken als een wisselkind. De heks had het gezonde kind gewisseld met een kind van de duivel en dat was het gehandicapte kind. Moeders bonden hun gehandicapt kind in een kussen en wurgden het. Dit zie je op het schilderij de blauwe huik. Als je op de link klikt zie je het schilderij en links in de hoek zie je een vrouw die haar monsterlijk kind vermoord. Dit gaat om het spreekwoord: Zij zou de duivel op een kussen binden. Dit betekent zij is een echte helleveeg zij kan iedereen de baas, met elke man raad weten. Om de schuld te bewijzen van een heks werden verschillende methoden gebruikt bijvoorbeeld de waterproef, de heksenweging en de foltering.
Bij de heksenprocessen werd er gruwelijk gemarteld. Na uren of dagen van folteren bekenden de meeste vrouwen alles. Sommige vrouwen waren verslaafd aan drugs op basis van kruiden. Deze vrouwen kwamen in een roes en beleefden hallucinaties. De omgeving concludeerden dat ze heksen waren. Ook geestesgestoorde vrouwen werden veroordeeld op de brandstapel. Ook invloedrijke vrouwen kwamen op de brandstapel. Er waren ook mannen die gedragsgestoord waren en in het bos leefden. Zij hielden de heksen gezelschap. een voorbeeld van zo een woudman is heer halewijn.
Wuyts,B. (2005). Over narren, kreupelen, doven en blinden: leven met een handicap Van de Oudheid tot nu. Leuven: Davidsfonds.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Het is wel interessant om te lezen dat ook invloedrijke vrouwen op de brandstapel terecht kwamen. Zekers om vrouwen van dezelfde klassen en ondergeschikte klasse niet te beïnvloeden.
BeantwoordenVerwijderenEen feministe zou zeggen dat de mannen toen al bang waren van het groeien van vrouwelijke macht en invloed.